O Heer!
Ondanks talloze gebeden tot U blijven we onze oorlogen verliezen. Morgen moeten we weer een strijd strijden die waarlijk groot zal zijn. Bij onze uiterste krachtinspanning hebben we Uw hulp nodig en daarom moet ik U iets vertellen: de slag van morgen wordt een ernstige zaak. Voor kinderen zal daar geen plaats zijn. Daarom moet ik U vragen niet Uw zoon te sturen om ons te helpen. Kom zelf.
Het gebed van Koq, de leider van de Griquastam, voor een slag met de Afrikaners in 1876.
Geciteerd in Ryszard Kapucsinski, Nog een dag, Arbeiderspers, Amsterdam, 1976.
Lelijkaards schrijven de laatste tijd allerhande onaardige dingen over Ryszard Kapuscinski. Ja, ja, het zal allemaal wel. Maar Kapuscinski is verdorie een uitstekend schrijver en die lelijkaards meestal niet.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten