zondag 15 november 2009

Bazaar Europa


Er zijn meerdere Europa's. Er is dat van de topconferenties, de visserijakkoorden en de melkprijzen. En er is dat van de Poolse poetsvrouwen en de Oekraiënse bouwvakkers, van de busjes waarmee je vanuit Vilnius naar Marseille kan meerijden, van de goedkope vliegtuigtickets naar Praag en Istanboel.

En eigenlijk, beweert Karl Schlögel in Steden lezen. De stille wording van Europa, sluit dat tweede Europa, van de handels- en passagiersstromen, nog het best aan bij wat Europa altijd is geweest: mensen en dingen in beweging. Soms, als gevolg van oorlogen, regimewisselingen of economische verschuivingen worden die stromen verlegd of stilgelegd. Maar van zodra die obstakels worden weggeruimd, trekt alles zich weer op gang.

Europa is altijd veel meer één geweest dan de meesten van ons, opgegroeid tijdens de Koude Oorlog, geneigd zijn te denken. In de middeleeuwen vond je Baltische handelaars in Antwerpen, Londen en Venetië. In de achttiende eeuw kwam je Franse huisleraars en Engelse gouvernantes tegen in Polen. In de negentiende eeuw trokken Belgische en Duitse ingenieurs en architecten naar Moskou of Brno en Hongaarse obers naar Parijs. In die zin is er niet zoveel bijzonders aan de recente, als volksverhuizing ervaren, intrede van Oost-Europeanen op de West-Europese arbeidsmarkten.

Schlögel maakt mooie portretten van Oost-Europese steden waar je vermoedelijk nooit zult komen: Orodea, Lodz, Nizjni Novgorod, Jalta, Magnitogorsk. Soms opgehangen aan schrijvers of filosofen. Het Kosice van Sandor Marai, het Koningsbergen van Hannah Arendt, het Boedapest van Georg Lukacs. Of aan architectuur: art deco in Brno, modernisme in Boekarest (prentje).

Maar het meest tot de verbeelding sprekend zijn de beschrijvingen van de nieuwe bazaarsteden die, niet toevallig op plaatsen waar vroeger ook verkeerstromen liepen, opnieuw ontstaan. De grote openluchtmarkten van Mariampole in Litouwen, van Chmelnytsky in Oekraïne, de bazaars in de voorsteden van Moskou en Vilnius, langs de Russisch-Chinese grens en de Transsiberische spoorlijn.

Oorspronkelijk niet meer dan wat ambulante handel, van de ene valies in de andere. Later vaste vorm krijgend: tentenkamp, stalletjes, prefabgebouwen. Markten waar dagelijks honderdduizenden op af komen. De ene komt uit Bulgarije, vloog naar Istanboel, sloeg daar handel in, om nu weer verder te verkopen aan Wit-Russen of Moldaviërs. De andere komt uit Siberië, reisde naar China, om daar namaakmerkproducten in te kopen en verkoopt die weer door aan Roemenen, die weten dat er vraag is naar die spullen in Brussel en Rotterdam.

Bazaar Europa.

Geen opmerkingen: