donderdag 17 april 2014

De schokgolf


Simenon is goed in woede. Blijkbaar hebben we in ons achterhoofd een bepaald script voor situaties waarin we menen woedend te moeten worden. Achteraf en in kalme tijden verklaren we woede weg als iets dat ons overviel en waar we geen controle over hadden. Het gekke is, dat dat meestal niet waar is. Vaak is er, geconfronteerd met opkomende ergernis, een aantoonbaar moment waarop je beseft: nu kan ik woedend worden. Maar ook dan laten we ons meestal niet zomaar gaan. In die aanloopfase zijn we nog grotendeels in controle. We kijken naar onszelf en we vieren een beetje de teugels. In die fase zijn we duidelijk nog zoekende. Het lijkt alsof we, om helemaal loss te gaan, een geschikte aanleiding nodig hebben, iets dat blijkbaar rechtvaardigt dat we buiten onszelf mogen gaan.

Simenon geeft goed weer hoe dat zoeken en afwegen in zijn werk gaat. In een escalerend conflict is de woede "als een rivier, die zijn definitieve bedding nog niet heeft gevonden en wild zoekend uitloopt, zich opsplitst in talloze stroompjes". Soms vinden we niets dat geschikt is om de woede de vrije loop te laten en dan meandert het conflict voort in ongestructureerd gesputter en gezeur. Soms hebben we iets en dan mogen de sluizen open. Dan komt de fase die we achteraf beschrijven als die waarin we buiten onszelf waren. Maar zelfs dan houden we een oogje op het controlepaneel. Terwijl we met dingen gooien en vloeken en tieren, kijken we ook toe op dat gooien en vloeken en tieren. Simenon beschrijft dat dubbele treffend: "Het was maar spel en toch speelde hij niet vals. Hij bekeek zichzelf als in een spiegel, maar dat ging vanzelf, het was geen opzet." Gecontroleerd de controle kwijt.

Mensen laten zelden helemaal los. Maar ze vinden het naderhand wel makkelijk zich te verschuilen achter het excuus dat ze zichzelf niet meer in de hand hadden. Mensen zijn niet dom. De meeste mensen toch niet.

Het prentje: de geciteerde passages komen uit Le Coup de Vague (1939), in het Nederlands "De Schokgolf".

Geen opmerkingen: