Toen we vroeger nog op de lange omvaart zaten kwamen we hem wel eens tegen. In Calcutta, Manilla of Buenos Aires. Meestal in een kroeg. Meestal met allerlei zware jongens en lichte meiden er bij. Smijten met geld, drinken, vechten. Dat soort kerel was Surabaya-Johnny.
En thuis wachtte op hem nochtans een alleraardigst meisje. Dat weliswaar wist dat Johnny voor geen cent te betrouwen viel, maar zich niettemin telkens toch weer in de luren liet leggen. Dat soort kerel was Surabaya-Johnny.
Du sagtest viel, Johnny
Kein Wort war wahr, Johnny
Du hast mich betrogen, Johnny
Zur ersten Stund
Ich hasse dich so, Johnny
Wie du da stehst und grinst, Johnny
Nimm doch die Pfeiffe aus dem Maul,
du Hund
Surabaya-Johnny, warum bist du so roh?
Surabaya-Johnny, mein Gott,
und ich liebe dich so
Surabaya-Johnny, warum bin ich nicht froh?
Du hast kein Herz, Johnny
und Ich liebe dich so
Lotte Lenya (prentje) zingt Surabaya-Johnny uit Happy End, van Kurt Weill, Bertolt Brecht en Elisabeth Hauptmann. Een filmpje uit 1958.
De Lotte Lenya van het filmpje was inmiddels een stuk ouder dan de Lotte Lenya op het prentje, maar daarom niet minder.
Geenszins.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten