maandag 30 maart 2009

Econoscepticisme


Je hebt, als het over economie gaat, twee scholen: mensen die geloven dat er iets als De Economie bestaat en de anderen. Wij behoren tot die anderen.

Hoe de essentialisten, zo noemen we gemakshalve even de eerste groep, over economie denken zie je mooi als het gaat over hoe we de crisis moeten aanpakken. De essentialisten gaan er van uit dat er daarbuiten een groot ding is, Economie geheten. Dat ding zit nu op zijn honger. Dus moet je het voeden. En als je het genoeg eten geeft, dan gaat het wel weer groeien.

Hoe moet je de Economie voeden? Door geld te stoppen in zieltogende fabrieken, bijvoorbeeld. Of in nieuwe technologieën. Of in bruggen en wegen. Daardoor komt er terug geld in circulatie en wordt De Economie groot en sterk.

De andere school, de nominalisten, denken bij economie niet aan een aanwijsbaar ding. Ze denken aan ontelbare mensen die producten maken of diensten aanbieden, die kopen en verkopen, consumeren of sparen. Als je de economie op die manier voorstelt, dan zit herstel ook iets moeilijker in elkaar. Wie of wat moet je stimuleren? Aan wie moet je die zak met geld geven? En waar moet je hem halen?

Hoe weet je welke fabriek je moet redden? Wie kan je garanderen dat de veelbelovende nieuwe technologieën ook effectief zullen werken? Welke bruggen en wegen zijn echt nodig? Is de kans niet groot dat we overal volstrekt nutteloze ondernemingen op gang brengen? Dat we vooral diegenen met de meeste politieke invloed belonen?

En is de keerzijde van geld in de economie stoppen niet dat je dat geld eerst uit andermans zakken moet zien te kloppen? En door dat geld af te nemen, ga je daardoor niet net, vandaag of in de toekomst, de consumptie en daardoor de verhoopte groei afremmen? Waar blijf je dan met je verhoopte stimulus?

Econosceptici -want dat zijn die nominalisten eigenlijk- kijken ook naar de concrete mensen die De Economie in goede banen gaan leiden. Kijk naar ons politiek personeel. Denk aan je ervaringen met overheidsadministraties. Kijk naar de mensen die geacht worden te weten hoe economisch de vork in de steel zit. Stel: je hebt een paar miljoenen te investeren. Zou je -en nu eerlijk zijn- die miljoenen aan die mensen toevertrouwen?

Als je twijfelt om die vraag positief te beantwoorden, kan het misschien geen kwaad om in de toekomst ook wat sceptischer te staan tegenover al die plannen om de economie te stimuleren.

En voor wie er meer over wil weten: een bijzonder interessant stuk over de verhoopte en de reële effecten van de economische stimuleringsprogramma's uit de jaren dertig.

2 opmerkingen:

Woodyrat zei

En over de jaren 30 gesproken ... Ome Jan? Een nominalist! Zeker weten. En ziet hij er ongelukkig uit? Het hangt er maar vanaf of je een essentialist bent (en een - ik zeg maar - Porche etc. ambieert en dus veel kans hebt op ontevredenheid), of een nominalist(die dik tevreden is met een pijpje, een goed boek en een fijne gedachte). Zou het kunnen dat er meer nominalisten in Limburg wonen terwijl de concentratie, interplanetair beschouwd, essentialisten in West-Vlaanderen exceptioneel is? Het is maar een vraag, zeker geen hypothese. En is het toeval dat ik om dit bericht te posten het woord 'Diest' als woordverificatie moet invullen? Ik dacht het niet!

pst zei

We hadden het vermoedelijk, zo we dat al gewild hadden, niet beter kunnen zeggen.