zondag 4 november 2007

Willem Elsschot en de politiek


"Wij zijn allen, als lezer en als mens, bevooroordeeld." Zo begint het voortreffelijke boek van Matthijs de Ridder over het meest omstreden werk uit de nalatenschap van Willem Elsschot: het Borms-gedicht. De Ridder heeft het over de verschillende manieren waarop het gedicht in kwestie -over de terechtstelling van de wegens collaboratie ter dood veroordeelde August Borms- de afgelopen decennia werd gelezen en geïnterpreteerd.

Matthijs De Ridder verdedigt met verve de stelling dat Elsschot een politiek schrijver is. Elsschot was het product van het nonconformistische, anarchiserende deel van de Vlaamse beweging van omtrent de vorige eeuwwisseling. Elsschot bleef zich ook zijn verdere leven verbonden voelen met die beweging. Het Borms-gedicht vormt dan ook geen breuk in het oeuvre. Elsschot groette Borms, zoals hij eerder Van der Lubbe, de aanstichter van de Rijksdagbrand, groette: als een medestander in de strijd tegen de gevestigde machten.

De Ridder heeft het vermoedelijk bij het rechte eind. Alleen: het is vreemd dàt hij dat punt moet proberen te maken. Die interpretatie ligt immers nogal voor de hand: Elsschot maakt op zoveel plekken in zijn werk duidelijk dat je hem op die manier moet lezen. Twee ontwikkelingen hebben ons echter daarop gaandeweg het zicht ontnomen.

Er is, vooreerst, de annexatie van Elsschot door de amusementssector, door de toeristische diensten en de bedenkers van culturele evenementen. Zo ontstond de Elsschot voor algemeen gebruik, waar niemand zich een buil aan kan vallen: de ruwe bolster-blanke pit, de cynische reclameman annex teleurgestelde humanist. Over de Vlaamse kwestie en over Borms wordt zedig gezwegen. Die Elsschot doet niet aan politiek.

En dan is er de Elsschot van de generatie die opgroeide met het Vlaams Blok. Die generatie vindt, per definitie, elke vorm van Vlaamsnationalisme verdacht. En dus werden Elsschots flamingantisme en, belangrijker het Borms-gedicht, wegverklaard als zijnde pijnlijke uitschuivers van een weliswaar maatschappelijk bewogen, maar politiek kinderlijk naïef auteur. Die Elsschot deed beter niet aan politiek.

En eigenlijk zijn de dingen zoveel eenvoudiger. Het volstaat de geschiedenis van de Vlaamse beweging in de juiste chronologische volgorde te lezen: niet, zoals vandaag blijkbaar de regel is, van achter naar voor, met in het achterhoofd fascisme, collaboratie en Vlaams Belang. Voor mensen als Elsschot bestond er geen tegenspraak tussen anarchisme en Vlaamsnationalisme, tussen Van der Lubben en Borms. Voor ons wel.
"Wij zijn allen, als lezer en als mens, bevooroordeeld".

Matthijs de Ridder, Aan Borms. Willem Elsschot, een politiek schrijver, Meulenhoff/Manteau, Antwerpen/Amsterdam, 2007.

Geen opmerkingen: