zaterdag 16 mei 2009

De oorlogsjaren van Robbedoes


Niet zoveel mensen weten dat eigenlijk Kwabbernoot verantwoordelijk is voor het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog. Wie Robbedoes. Het dagboek van een fantast heeft gelezen, wel. En wie dat album las is natuurlijk ook verguld met het verschijnen van Piccolo in veldgroen, waarin de daarop aansluitende oorlogsjaren van Robbedoes en Kwabbernoot worden gedocumenteerd.

(Wie echt helemaal van niets weet: onmiddellijk naar de stripboekhandel. Koop willekeurig oude exemplaren van Robbedoes en Kwabbernoot. Let op: begin met de alleroudste albums, getekend door Franquin. Wie van nog minder weet en ook Franquin niet kent: koop en lees onmiddellijk alle Guust Flaters. Daarna spreken we elkaar nog wel.)

Robbedoes, dus. Meneer Dupuis, de uitgever van alle Robbedoezen (lezers van Guust kennen hem maar al te goed), zette enkele jaren geleden een reeks op waarin getalenteerde striptekenaars en scenaristen van vandaag aan de slag mogen met de historische personages van Robbedoes en Kwabbernoot. (De Marsupilami, inmiddels hoofdpersoon van een eigen stripreeks, viel buiten de deal.) Sindsdien verschenen er dus een aantal meer experimentele Robbedoezen. Met wisselend succes. Zelfs volstrekt onkritische lezers, zoals wij, moeten toegeven dat sommige albums, zacht gezegd, eh, niet goed waren.

Maar helemaal in de roos was dan weer het hogervermelde Robbedoes. Het dagboek van een fantast door Emile Bravo. Een sterk scenario, een aangrijpend verhaal. Helemaal in de sfeer van de oude Kuifjes, de sfeer van het Brussel van vóór Vanden Boeynants en de massacre van de Noordwijk, van Kwik en Flupke, van de Marolliens. Een ideaal geschenk om uit te delen aan bezoekende buitenlanders, overigens. Als ze dat album hebben gelezen begrijpen ze iets meer van dit rare land en zijn bewoners.

En hoe is de opvolger, Piccolo in veldgroen? Het album werd deze keer gemaakt door Schwartz en Yann. Het is mooier getekend, in de authentieke Franquinstijl uit de beginjaren. Geweldig veel leuke trouvailles: andere stripfiguren doen een gastoptreden, historische personages passeren de revue, er wordt al eens smakelijk Brussels gesproken. Het scenario is goed, maar de ontknoping had toch wel iets scherper gekund.

Los daarvan: mensen moeten vaker stripverhalen kopen. En vooral ook uitdelen aan de jongere generaties. Die kennen alleen debiele afkooksels als Kiekeboe en besluiten op basis daarvan dat klassieke strips verloren tijd zijn. En dan lezen ze maar een Amerikaanse graphic novel of een Japanse manga. Zonde.

Jongens en meisjes: leg je eigen basiscollectie onontbeerlijke strips aan. Zorg dat je de klassiekers bij de hand hebt: Nero's, Asterixen, Lucky Luke's, Guust Flaters.

En de Robbedoezen natuurlijk.

Geen opmerkingen: