vrijdag 3 augustus 2012

Fietsrugby



De Spelen zijn halfweg en het wil voorlopig niet echt lukken met de nationale medailleoogst. Helemaal abnormaal is dat niet. Medailles zijn een kwestie van economie: van arbeid en kapitaal om precies te zijn. Landen halen veel medailles, ofwel omdat een specifieke sportdiscipline er bijzonder druk beoefend wordt en de kans dus groot is dat er minstens wel een paar bijzondere talenten komen bovendrijven - de factor arbeid, dus. Ofwel omdat ze welvarend zijn en veel middelen weten te mobiliseren om de desbetreffende sportdiscipline te ondersteunen - de factor kapitaal.

Vertaald naar onze nationale context geeft dat: ofwel sturen we alle jongens en meisjes de richting uit van één en dezelfde sportdiscipline. Heel België turnend of hockeyend of hinkstapspringend. Ofwel investeren we massaal veel in een discipline waar materiaal, infrastructuur en logistiek doorslaggevend zijn: zeilen, zwemmen of paardrijden bijvoorbeeld. Maar onze nationale context kennend wordt dat niets: we zijn -gelukkig maar- een volk van plantrekkers en individualisten. Iedereen dezelfde discipline of alle middelen ten behoeve van één sport: dat wordt nooit wat.

Een alternatief: zelf een discipline uitvinden en vervolgens geweldig veel mensen en middelen inzetten in het lobbyen om die discipline de Olympische status te bezorgen. Dat lijkt dan weer wel binnen ons bereik te liggen: vriendjespolitiek en handjeklap, daarin hebben we enige ervaring. Een suggestie voor zo'n nieuwe discipline? Fietsrugby (zie prentje). Dat belooft een mooie kijksport te worden -daar zijn de internationale sportbobo's gevoelig voor- en bovendien hebben we daarin, op basis van onze rijke cyclocross-traditie, meteen een voorsprong op de concurrentie. Laat ze komen de medailles!

Geen opmerkingen: