vrijdag 28 november 2008

Het trieste der tropen


"Ik heb een hekel aan reizen en ontdekkingsreizigers. En nu zal ik er toch zelf toe overgaan een en ander over mijn expedities te vertellen. Maar wat heb ik er lang over gedaan om tot dit besluit te komen! Vijftien jaren reeds zijn voorbij gegaan sedert ik voor het laatst in Brazilië was en al die tijd heb ik herhaaldelijk aan dit boek willen beginnen, doch telkens werd ik weerhouden door een gevoel van schaamte en weerzin. En wat zou ik moeten schrijven? Zou men zoveel zouteloze details, zoveel onbeduidende gebeurtenissen nu eens haarfijn uit de doeken moeten doen? Want avontuur past niet bij het beroep van antropoloog: het is er slechts een lastige bijkomstigheid van, het drukt met een last van onderweg verloren weken, maanden soms, op het eigenlijke werk; ledige renteloze uren, tijdens welke de bron van informaties de benen neemt; voorts honger, vermoeienissen en ziekten; altijd die duizend-en-één corveebeurten welke dagen van verloren tijd scheppen en het gevaarvolle leven in het hartje van het oerwoud verlagen tot een imitatie van de militaire dienst...

Dat er zoveel moeite en inspanning wordt vereist om in verbinding te kopen met het onderwerp van onze studie, verleent geen enkele waarde aan datgene wat men veeleer zou moeten beschouwen als het negatieve aspect van ons vak. Men kan gemakkelijk een reis van een half jaar, vol ontberingen en ontmoedigend gezeul, wijden aan het verzamelen -dat op zichzelf slechts enkele dagen, soms zelf maar enkele uren in beslag neemt- van een nog onbekende mythe, van een nieuw huwelijksvoorschrift of een volledige lijst van clannamen; maar dan die banale herinneringen: 'Om half zes in de ochtend kwamen we onder het gekrijs van de meeuwen op de rede van Recife aan, terwijl een kleine vloot van prauwen met exotische vruchten zich langs de scheepsromp verdrong'. Is zulk een schamele herinnering nu werkelijk zo belangrijk dat ik de pen opneem om haar aan de vergetelheid te ontrukken?"

Zo begint één van de merkwaardigste reisverhalen ooit. Tristes Tropiques is deels het relaas van een etnografische expeditie in Brazilië, deels een inleiding tot de structuralistische antropologie, deels cultuurkritiek, deels ecologistisch traktaat, deels vergelijkende godsdienstfilosofie. In 1955 geschreven in een nu enigszins exotisch aandoend Frans, met vaak oneindig lange, kronkelende, traag voortstromende en meanderende zinnen en bijzinnen en bijzinnen van bijzinnen. Wat het lezen iets geeft van meedrijven in een prauw op de Amazone of de Orinoco.

En precies vandaag werd Claude Lévi-Strauss, de auteur van Tristes Tropiques, 100. En zoals ze ons hiernet op de Franse televisie verzekerden: het gaat nog prima met hem. Houden zo, Claude!

Geen opmerkingen: