woensdag 13 februari 2013
In de sneeuw
Duncan Pryde, die een flink deel van zijn leven als pelshandelaar bij de Inuit doorbracht en die thuis was in alle Inuit-dialecten, is formeel: de Inuit -of Eskimo's- gebruiken effectief een twintigtal verschillende woorden om verschillende soorten sneeuw te benoemen. Dat gaat dan van igluqsaq (sneeuw waarmee je igloo's kunt bouwen), over pukak (poedersneeuw), masak (zachte natte dooiende sneeuw), ganik (vallende sneeuw), aput (sneeuw die op de grond ligt), piqtuq (blizzardsneeuw) en aqilhuqqaq (vaste sneeuw, nog niet stevig genoeg om mee te bouwen) tot mauya (zachte, diepe sneeuw). Logisch ook: als die sneeuw zo'n rol speelt in je leven, doe je wel moeite om de verschillende soorten ervan goed van elkaar te onderscheiden.
De Inuit hebben ook tien of elf woorden om verschillende soorten mos te benoemen. Ze hebben daarentegen maar één woord, nauttiaq, om alle mogelijke soorten bloemen aan te duiden. Weerom niet zo verwonderlijk: Eskimo's doen niets mee bloemen en zien er het praktische nut niet van in. Mos daarentegen.
Trouwens ook weer een bijzonder goed boek, Duncan Pryde's Nunaga. Ten years among the Eskimos. Uit 1971, maar recent heruitgegeven in de voortreffelijke reisverhalenreeks van de Londense uitgeverij Eland. Stuk voor stuk pareltjes, die reeks.
Het prentje: sneeuw waarin een trein zich vastrijdt. Daar bestaat ongetwijfeld ook een Inuit-woord voor.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
2 opmerkingen:
toevallig te leen in de PSt bib?
Dat kan.
Een reactie posten